Welke gemeenten komen in aanmerking voor het plattelandsfonds ?
De 50 gemeenten met het laagste aantal inwoners per km², in combinatie met het laagste aandeel bebouwde oppervlakte, behoren tot de doelgroep van het plattelandsfonds.
De Vlaamse regering stelt die doelgroep vast voor een periode van zes jaar, samenvallend met de lokale beleidscyclus.
Omdat de mogelijkheid bestaat dat het budget dat jaarlijks voorzien wordt op de Vlaamse begroting, te klein is om voor alle 50 gemeenten trekkingsrechten te voorzien, worden de 50 gemeenten gerangschikt. De trekkingsrechten worden dan jaarlijks voorzien te beginnen voor de hoogst gerangschikte gemeente, vervolgens voor de tweede gerangschikte gemeente en zo verder, tot het budget uitgeput is. Hoe kleiner de fiscale draagkracht van een gemeente, hoe hoger een gemeente staat op de rangschikking.