De Bouwmeester Scan helpt lokale besturen om sneller werk te maken van een beter en duurzamer ruimtegebruik. De gemeente Wervik nam de proef op de som en liet haar ruimtebeleid doorlichten: “Voldoende draagvlak creëren voor veranderingen wordt de grootste uitdaging.”
De Bouwmeester Scan werd ontwikkeld door het Team Vlaams Bouwmeester en is bedoeld voor alle Vlaamse gemeenten behalve grootsteden. Een team van experts brengt de ruimtelijke en beleidsmatige uitdagingen van een gemeente in kaart. Concrete adviezen ondersteunen de beleidsmakers nadien in de transitie naar een gezonde, duurzame en aangename leefomgeving.
“De Bouwmeester Scan analyseert de mogelijkheden van een gemeente op vijf domeinen: kernversterking en -verdichting, open ruimte, mobiliteit, energie en regelgeving”, zegt Mario Deputter van het Team Vlaams Bouwmeester. “Op basis van die analyse reiken we concrete projectvoorstellen aan. De adviezen omvatten zowel quick wins, zoals het aanleggen van een nieuwe fietsverbinding, als initiatieven op strategisch niveau, zoals het verhogen van de woondichtheid. We richten ons specifiek op gemeenten omdat zij veel bevoegdheden hebben op hun eigen grondgebied en zo de ruimtelijke transitie op gang kunnen trekken.”
Objectieve analyse
De gemeente Wervik was een van de eerste deelnemers aan de Bouwmeester Scan. Burgemeester Youro Casier volgde het initiatief stap voor stap mee op. “Als gemeente hechten we al langer belang aan duurzaamheid en een goede ruimtelijke ordening. Via de Bouwmeester Scan wilden we ons beleid eens objectief laten doorlichten. Wat doen we al goed, wat kan nog beter? Beleidsmensen zijn tenslotte politici: we houden altijd voor een stukje rekening met wat onze burgers vragen. Een objectieve, onpartijdige analyse kan een waardevol hulpmiddel zijn voor onze beleidsvorming.”
In de eerste fase van de Scan bracht een studiebureau de huidige situatie in Wervik gedetailleerd in kaart. De gemeente beschikt onder meer over een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) en een mobiliteitsplan, maar beide zijn al enkele jaren oud en aan een update toe. Na de opmaak van een inventaris volgden gesprekken met lokale medewerkers en politici. “Die hadden vooral betrekking op mobiliteit, omgeving en ruimtelijke ordening”, aldus Casier. “Na enkele overlegrondes werd alle info gebundeld in een eindrapport. Daarin staan zowel strategische adviezen als voorstellen voor quick wins.”
Draagvlak creëren
De adviezen in de Scan konden al snel op bijval rekenen. De gemeente Wervik overweegt inmiddels om een nieuw verkeerscirculatieplan te laten opmaken, met meer aandacht voor zwakke weggebruikers. Ook meer groen op het grondgebied zou welkom zijn, want momenteel telt Wervik slechts 1 procent bosoppervlakte. Mogelijke maatregelen worden wel eerst voorgelegd aan de Wervikse adviesraden en aan de bevolking. Een gebrek aan draagvlak kan immers grote gevolgen hebben, stelt Casier.
“We hebben het al vaker meegemaakt: onze burgers vragen een groen en rustig stadscentrum, maar de mensen die daar wonen zien liever een parkeerplaats dan een boom voor hun deur. Voor we dus resoluut voorrang geven aan voetgangers, fietsers en het openbaar vervoer, moeten we genoeg draagvlak creëren”, klinkt het. “Als we straks randparkings aanleggen, zullen mensen vijf minuutjes moeten stappen naar het centrum. Dat valt best mee. Ook het station is centraal gelegen. Mogelijkheden genoeg dus, maar onze inwoners moeten ervoor openstaan. Hetzelfde geldt voor ruimtelijke ordening: als we evolueren van ruime verkavelingen naar kleinere, centraal gelegen woningen, is het belangrijk dat mensen daar ook willen wonen. Hopelijk kan de informatie uit de Bouwmeester Scan helpen om de mindset bij onze inwoners te veranderen.”
Drie grootste werkpunten
Het Team Bouwmeester liet de afgelopen maanden al elf Scans uitvoeren. Zestig andere gemeenten hebben een aanvraag ingediend. De werkpunten die in Wervik aan het licht kwamen, blijken ook op andere plaatsen terug te keren. “Net als Wervik kampen veel gemeenten met een gebrek aan draagvlak voor ruimte- en klimaatmaatregelen”, zegt Mario Deputter. “Politici die een klimaatbestendig beleid willen voeren, zijn bang dat ze daarop afgerekend zullen worden. De bezorgdheid om het klimaat leeft wel onder de mensen, maar zodra het over hun eigen terrein gaat, krijgen financiële belangen en emotionele kwesties de bovenhand. Dat maakt het voor lokale bestuurders moeilijk om de ruimtelijke transitie op gang te trekken.”
Een tweede pijnpunt is het gebrek aan een wettelijk kader dat gemeenten nodig hebben om kleinere ingrepen door te voeren. Deputter: “Denk maar aan het verplaatsen van woonzones en het correct vergoeden van grond- en huiseigenaars die daar nadeel van ondervinden. In veel gemeenten ligt dat moeilijk en verwacht men hulp van de Vlaamse overheid.” Daarnaast kampen gemeenten met een gebrek aan hoogwaardige natuur. Op veel plaatsen bedraagt het aandeel beschermde natuur minder dan 1 procent van de totale oppervlakte, terwijl 20 procent het minimum is om de biodiversiteit en de open ruimte te bewaken. Mario Deputter: “Ook hier is een gebrek aan draagvlak het probleem. Ruimte maken voor natuur die niet toegankelijk is voor landbouw of recreatie, daar zitten weinig mensen op te wachten. Het Team Vlaams Bouwmeester wil gemeenten helpen om meer goodwill te creëren voor ruimtelijke maatregelen, onder meer via de Bouwmeester Scan.”
Doorbijten
Voor burgemeester Youro Casier wordt draagvlak creëren in Wervik alvast dé uitdaging van de komende jaren. Daarbij streeft hij naar een positieve en doelgerichte aanpak. “Participatie en inspraak zijn van het grootste belang in ons beleid: we doen ons uiterste best om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen. Toch weten we dat er altijd mensen met een andere mening zullen zijn. Op een bepaald moment zullen we beslissingen moeten nemen die in het belang van de stad zijn, ook al worden die bij sommige mensen negatief onthaald”, meent hij.
“Op de heraanleg van het stadscentrum kwam de eerste maanden ook veel kritiek, maar nu zijn de meeste mensen heel tevreden. De grootste uitdagingen voor een ruimtelijke transitie zijn inertie en de angst voor het nieuwe. Soms moet je er gewoon voor durven gaan. Hopelijk kan de Bouwmeester Scan ons daarbij helpen. Het rapport van de Scan is voor ons geen concrete richtlijn die we stap voor stap gaan uitvoeren, maar het vormt wel een kapstok waaraan we ons beleid de komende jaren kunnen ophangen. Zo evolueren we stilaan naar een beter en duurzamer ruimtegebruik.”