Situering
Het project rivierherstel Leie is een onderdeel van het Europese Seine-Scheldeproject. In het Vlaams Gewest heeft het Seine-Scheldeproject als doel het verbeteren van de bevaarbaarheid van de Leie tussen Gent en Wervik en het herstel van de natuur- en landschapswaarden in de Leievallei tussen Deinze en Wervik. Als gevolg van de beslissing van de Vlaamse Regering van 17 december 2010, waarbij dit geïntegreerd project werd goedgekeurd, kreeg VLM de opdracht om landbouweffectenrapporten op te maken om de landbouw in kaart te brengen en om een grondenbank op te richten om de effecten van het project op de landbouw te milderen.
Beschrijving
Op 17 december 2010 heeft de Vlaamse Regering het geïntegreerd plan Seine–Schelde goedgekeurd. Dat plan houdt in dat voor de binnenvaart tussen Gent en Wervik werken zullen worden uitgevoerd om de bevaarbaarheid te verbeteren. Zoals de naam laat vermoeden, gaat het om een Europees project. Naast het verbeteren van de bevaarbaarheid zijn werken gepland om de Leie en haar vallei tussen Deinze en Wervik op te waarderen op het vlak van natuur, landschap en recreatie. Dat vormt het luik Rivierherstel Leie van het project.
Het project Rivierherstel Leie omvat o.m.:
- het herstellen van oude Leiemeanders (door De Vlaamse Waterweg);
- het opnieuw koppelen van oude Leiemeanders aan de Leie zelf (door De Vlaamse Waterweg);
- de ontwikkeling van 500 ha watergebonden natuur in 10 gebieden langs de Leie van Wervik tot Deinze (door ANB).
De Vlaamse Waterweg coördineert de uitvoering van het totale plan. De VLM kreeg de opdracht om voor de 10 gebieden waarvoor watergebonden natuur ontwikkeld moet worden, een landbouweffectenrapport op te maken en een lokale grondenbank Leievallei op te richten.
Om de effectieve realisatie van de vooropgestelde watergebonden, terrestrische natuur in kader van Rivierherstel Leie te versnellen, werden in september 2021 een aantal bijsturingen gedaan op het vlak van projectgebieden, timing en flankerend beleid. Met deze beslissing breidde de Vlaamse Regering het projectgebied uit tot alle 15 deelgebieden uit het plan-MER van het geïntegreerde Seine-Schelde project.
Er wordt in eerste instantie ingezet op de realisatie van 100 ha tegen eind 2024 in twee deelgebieden, waarbij de verschillende instrumenten voor verwerving en inrichting worden benut. In een 2de en 3de fase wordt respectievelijk tegen eind 2027 en eind 2031 gewerkt naar realisatie. Het flankerend beleid, zoals beslist in 2010, wordt uitgebreid met een eigenaarstoeslag en een pachtaanvaardingsvergoeding naar analogie met het flankerend beleid in kader van Sigma.
Aanvullend met de reguliere kredieten van ANB en VLM wordt een bedrag van maximaal 5,6 miljoen euro gereserveerd uit het Plan Vlaamse Veerkracht – VV034.
De Vlaamse Regering beslist in september 2021 ook om te starten met de opmaak van het AGNAS-GRUP Bavikhove – Deinze om de nodige herbestemmingen in functie van Rivierherstel Leie door te voeren.
Landbouweffectenrapport (LER)
De VLM heeft voor de 10 gebieden een landbouweffectenrapport opgemaakt dat de effecten beschrijft op de betrokken landbouwbedrijven. Medewerkers van de VLM bezochten de betrokken landbouwers. Om de effecten van het project op de landbouw in kaart te brengen, peilden we naar de toekomstplannen van de bedrijven.
Oplossing op maat voor elk bedrijf
De VLM streeft er naar om een oplossing op maat voor elk betrokken bedrijf uit te werken. Tijdens het bedrijfsbezoek bespreken de VLM-medewerkers mogelijke begeleidingsmaatregelen met de bedrijfsleider.
Grondenbank
Met de Grondenbank tracht de VLM aan de betrokken landbouwers in de 10 gebieden een keuze te bieden: een financiële regeling of ruilgrond (gelijkwaardige grond op een andere locatie, in de buurt van het bedrijf). In en buiten de 10 gebieden kan de Grondenbank van de VLM daarom gronden aankopen. Dat gebeurt in opdracht van het Agentschap voor Natuur en Bos of De Vlaamse Waterweg.
De werking van de grondenbank is een continu proces. Binnen de projectgebieden en in het zoekgebied (de gemeenten Wervik, Menen, Wevelgem, Kortrijk, Kuurne, Harelbeke, Wielsbeke, Waregem, Dentergem, Zulte en Deinze) tracht de VLM gronden aan te kopen om ze later uit te ruilen. Tot een jaar voor de start van de inrichtingswerken worden gronden verworven die nodig zijn voor de inrichtingswerken en niet in der minne konden worden aangekocht.
Financiële regeling in de 10 gebieden
Bij verkoop van gronden in de 10 gebieden aan de Grondenbank geldt de volgende financiële regeling:
- De gebruiker ontvangt bij het beëindigen van zijn gebruik een extra financiële toeslag bovenop de vergoeding voor het beëindigen van het gebruik, de zogenaamde wijkersstimulus (2000 euro per hectare).
- De eigenaar van gronden binnen het projectgebied ontvangt een toeslag van maximaal 20% bovenop de geschatte waarde van de grond.
- Als de eigenaar ook de gebruiker is van het perceel, ontvangt hij - naast de toeslag van maximaal 20% op de geschatte waarde van de grond - ook de wijkersstimulus (2000 euro per ha) bij het beëindigen van zijn gebruik.
Ruilgrond buiten de 10 gebieden: financiële regeling
Om ruilgrond te kunnen aanbieden aan landbouwers die verder willen werken als landbouwer, zoekt de Grondenbank ook percelen in de ruime omgeving van de 10 deelgebieden. Daarom is er ook een financiële regeling bij verkoop van gronden buiten de 10 gebieden aan de Grondenbank.
- Een gebruiker die ook gronden gebruikt in de 10 gebieden, ontvangt bij het beëindigen van zijn gebruik een extra financiële toeslag bovenop de vergoeding voor het beëindigen van het gebruik, de zogenaamde wijkersstimulus (2000 euro per hectare).
- Een gebruiker die geen gronden gebruikt in de 10 gebieden, ontvangt bij het beëindigen van zijn gebruik een extra financiële toeslag bovenop de vergoeding voor het beëindigen van het gebruik, de zogenaamde wijkersstimulus (1000 euro per hectare).
Verder verloop
De gronden die de Grondenbank in de 10 gebieden verwerft, worden (eventueel na ruiloperaties) overgedragen aan De Vlaamse Waterweg of aan het Agentschap voor Natuur en Bos. Zij zullen de nodige inrichtings- en beheerplannen opmaken om de natuurdoelstellingen te behalen.
Vragen i.v.m. grondverwerving? Neem contact op met Eva De Craemer.
Partners
De Vlaamse Waterweg en het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB)
Historiek
Het project geeft uitvoering aan de beslissing van de Vlaamse Regering van 17 december 2010, waarbij het geïntegreerd plan Seine-Schelde werd goedgekeurd. De Vlaamse Landmaatschappij kreeg de opdracht om voor 10 gebieden waar watergebonden natuur ontwikkeld moet worden, een landbouweffectenrapport op te maken en een lokale grondenbank Leievallei met financiële stimuli op te richten.
Ter uitvoering van deze beslissing werden twee lokale grondenbanken met financiële stimuli opgericht. Waterwegen en Zeekanaal (nu De Vlaamse Waterweg) en de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) sloten in 2012 een overeenkomst voor de oprichting van een lokale grondenbank 'Rivierherstel Leie – deel meanders'. Ook in 2012 sloten het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) en de VLM een overeenkomst voor de oprichting van een lokale grondenbank 'Rivierherstel Leie'.
In 2012 werden de landbouweffectenrapporten (LER's) opgemaakt voor de gebieden Paters Mote, Laag Vlaanderen en Posthoornhoek.
In 2013 werden de LER's van de overige gebieden opgemaakt: Bavikhove - Ooigembos, Sint-Baafs-Vijve, Oeselgem en Mandel, Neerhoek en Ponthoek, Heuvelhoek, Gottem Pereboom en Grammene.
Laatste update: