De gebiedsindeling gebeurt op basis van afstroomzones. Dat zijn gebieden van meer dan 50 km² die afwateren naar een waterlichaam.
Het gebiedstype wordt bepaald door een evaluatie, op basis van vastgelegde criteria, van alle oppervlakte- en grondwatermeetpunten in de afstroomzone. Die meetpunten zijn een steekproef en gelden als referentie voor de hele afstroomzone. Het kan voorkomen dat verschillende types landbouw voorkomen in eenzelfde gebied. De maatregelen zijn van toepassing op alle percelen in de afstroomzone. Dus ook de groententelers in de betrokken gemeenten moeten voldoen aan de maatregelen die gelden voor de hele afstroomzone.