De Mestbank doet de berekening vanaf productiejaar 2020 op basis van:
- de totale aan- en afvoergegevens van jaar x;
- de stock op 1 januari jaar x;
- de stock op 1 januari jaar x+1.
Hieronder vindt u een voorbeeld.
Totale aanvoer jaar x
| +
| 14300
| 95000 | 55000 |
---|
Totale afvoer jaar x
| -
| 13700 | 28700 | 47150 |
---|
Stock jaar x
| +
| 8200
| 8700 | 5400 |
---|
Stock jaar x+1
| -
| 8500
| 6000 | 3800 |
---|
Resultaat | | 300
| 69000 | 9450 |
---|
De totale afvoer jaar x (13700 ton) in de bovenstaande tabel bestaat uit:
Dunne fractie na scheiding | 200
| 1000
| 300
| 3,33 |
---|
Dikke fractie na scheiding
| 2000
| 21000 | 40000 | 0,53 |
---|
Effluent
| 8000
| 3000 | 2300 | 1,30 |
---|
Effluent van digestaat | 1500
| 500
| 350 | 1,43 |
---|
Slib | 2000 | 4000
| 4200 | 0,95 |
---|
Totale afvoer jaar x (*) | 13700 | 28700
| 47150 | |
---|
Aan elke hoeveelheid fosfaat is onlosmakelijk een hoeveelheid stikstof verbonden. Van de verschillende afvoerstromen (bv. effluent, slib, dikke fractie, dunne fractie, digestaat, effluent van digestaat, gedroogde mest), bepaalt de Mestbank per type afvoer de verhouding tussen N en P. De Mestbank houdt bij de berekening van de MVC rekening met de meest voordelige (laagste) verhouding N/ P2O5.
De Mestbank vermenigvuldigt de niet bewezen hoeveelheid P2O5 (9450 kg - zie resultaat eerste tabel) met de meest gunstige (laagste) verhouding N/ P2O5 (0,53 - zie N/ P2O5 verhouding tweede tabel) om de niet-bewezen hoeveelheid N te berekenen.
9450 kg P2O5 x 0,53 = 4961,25 kg N die niet bewezen is. -> De MVC worden dus maar toegekend voor 64038,75 kg N (69000 kg N – 4961,25 kg N).
De MVC-verhouding tussen pluimvee en niet-pluimvee blijft voor uw bedrijf ongewijzigd.