Waarover gaat het?
In gebieden met een slechte waterkwaliteit moeten landbouwers hun stikstofgebruik verminderen. Door het gewijzigde Mestdecreet werden de bemestingsnormen in die gebieden gereduceerd. De grootte van die vermindering hangt af van het gebiedstype en de teelt. Landbouwers krijgen wel de mogelijkheid de reducties gedeeltelijk of volledig terug te winnen. Dat kan door het toepassen van duurzame terugverdientechnieken.
Wat betekent dat concreet?
Afhankelijk van het gebiedstype en de teelt gelden de volgende reducties op de bemestingsnorm:
Gebiedstype 1 | -0% | -5% |
Gebiedstype 2 | -10% | -20% |
Gebiedstype 3 | -20% | -30% |
Landbouwers met een vrijstelling door een goede bedrijfsevaluatie nitraatresidu, worden vrijgesteld van de bemestingsreductie.
Welke duurzame terugverdientechnieken bestaan er?
Vanggewassen, wintergranen als volgteelt of afvoer van oogstresten … Het zijn maar enkele voorbeelden die landbouwers kunnen helpen om (een deel van) de bemestingsreductie terug te winnen.
Hoe groot de reductie is die de landbouwer kan terugwinnen, hangt af van de gekozen techniek. Bekijk de volledige lijst van de terugverdientechnieken.
Hoe geef ik een terugverdientechniek aan?
Eenmaal er een terugverdientechniek gekozen is, vult de landbouwer de code van de praktijk in op de verzamelaanvraag bij het Agentschap Landbouw en Zeevisserij. De uiterste indiendatum van de verzamelaanvraag is 30 april. Wijzigingen aan de hoofdteelt doorvoeren kan tot en met 30 juni. De nateelt en de code voor de duurzame techniek kan gewijzigd worden tot en met 31 oktober. De codes van iedere terugverdienpraktijk worden in de komende weken aangevuld op de VLM-website.