Welke percelen worden beschouwd als zware kleigrond?
Het Mestdecreet beschouwt alle landbouwgronden in de landbouwstreek Polders als "zware kleigrond". Ook alle landbouwgronden met een textuurklasse 'leem' waarvan de landbouwer kan aantonen dat ze vergelijkbare karakteristieken hebben als "zware klei", zal de Mestbank erkennen als zware kleigrond.
Bekijk de kaart met de afbakening van de zware kleigronden.
Waarom is het interessant om uw gronden als zware kleigronden te laten erkennen?
Hoe vraagt u een erkenning als zware kleigrond aan?
Om de erkenning voor zware klei te verkrijgen bij de Mestbank, moet u aantonen dat de percelen voldoen aan vergelijkbare karakteristieken als "zware klei". Dat betekent dat de percelen de textuurklasse A (leem) hebben met een kleigehalte van minimum 17,5% en een zandgehalte van maximum 15%. Dat kan enkel aangetoond worden met een granulometrische textuuranalyse.
Aan welke voorwaarden moeten de staalnames en analyses voldoen?
De textuuranalyse moet
uitgevoerd worden door een erkend laboratorium. Alleen de labo’s in de lijst van erkende laboratoria in de discipline bodem, deeldomein
bodembescherming met een kruisje in de kolom ‘granulometrische
bepaling bodemtextuur’ komen in aanmerking voor deze analyses.
Het erkende labo moet zich aan de volgende bepalingen houden:
- De staalname en analyse moeten uitgevoerd worden volgens het BOC (Compendium voor de monsterneming, meting en analyse in het kader van bodembescherming) MAAR
- per perceel is 1 staalname voldoende; ook al is het perceel groter dan 2 ha. Er moeten weliswaar minimaal 15 boorsteken in kruisverband en evenredig verdeeld over het ganse perceel genomen worden;
- in afwijking hiervan kan de landbouwer één of meerdere delen van het perceel aanduiden waarop de staalname moet gebeuren. Weliswaar moet de som van de oppervlakte van die delen minstens 30% van de totale oppervlakte van het perceel bedragen en moeten minimaal 15 boorsteken genomen worden die evenredig verdeeld zijn over het aangeduide deel of de aangeduide delen.
- Het kleigehalte en het zandgehalte in de bodem moet beoordeeld worden volgens de granulometrische bepaling (pipetmethode van Robinson-Köhn).
- Het laboratorium moet bij de uitvoering van de staalname gebruikmaken van een gps-datalogger. Die gegevens kunnen nadien door de Mestbank opgevraagd worden bij het laboratorium.
- Het analyseverslag moet duidelijk vermelden over welk perceel het gaat. Dat kan door een XY-coördinaat van het perceel te vermelden of door het unieke referentienummer volgens de verzamelaanvraag én het kalenderjaar van de verzamelaanvraag van het perceel te vermelden.
Wat moet u doen met de textuuranalyse om de erkenning "zware kleigrond" te verkrijgen?
Als uw bodemanalyses aantonen dat één of meer percelen zware kleigronden zijn, dan stuurt u het formulier Aanvraag van erkenning voor zware kleigrond en de betreffende analyses aangetekend op naar:
Vlaamse Landmaatschappij
Mestbank
Koning Albert II-laan 15
1210 Brussel
Hoe gebeurt de verdere afhandeling door de Mestbank?
De Mestbank zal uw Aanvraag van erkenning voor zware kleigrond met de noodzakelijke bodemanalyses beoordelen en publiceert binnen de 60 dagen na ontvangst de beslissing op het Mestbankloket.
Vanaf wanneer wordt de verkregen erkenning als zware kleigrond van toepassing op uw bedrijf?
De datum waarop u uw "Aanvraag van erkenning als zware kleigrond" en alle bijhorende documenten indient bij de Mestbank is cruciaal voor de inwerkingtreding van de erkenning.
- Als u uw aanvraagformulier en alle bijhorende documenten uiterlijk op 31 augustus van een bepaald kalenderjaar bezorgt aan de Mestbank, dan gaat de erkenning als zware kleigrond in op de eerstkomende 1ste januari.
- Als u uw aanvraagformulier en alle bijhorende documenten echter na 31 augustus van een bepaald kalenderjaar bezorgt aan de Mestbank, dan schuiven de datums van inwerkingtreding met 1 jaar op.
Of u de erkenning krijgt en desgevallend op welke datum die in werking treedt, staat vermeld in de rubriek "Beslissing van de Mestbank" op het afschrift van de "Aanvraag van erkenning als zware kleigrond".
Kan de Mestbank de verkregen erkenning als zware kleigrond terug intrekken?
Ja, de Mestbank kan de erkenning intrekken als ze op basis van een granulometrische textuuranalyse kan aantonen dat de percelen in kwestie toch niet onder de karakteristieken van zware kleigronden vallen. Voor de staalnames en de analyses moet eveneens een beroep worden gedaan op een erkend labo.
De Mestbank brengt de landbouwer op de hoogte via een aangetekende brief. Voor het tijdstip van de inwerkingtreding geldt hetzelfde principe als voor de aanvraag van een erkenning voor zware kleigronden; nl. als de Mestbank de landbouwer op de hoogte gebracht heeft uiterlijk op 31 augustus van het kalenderjaar X van het feit dat de percelen toch niet als zware kleigronden beschouwd moeten worden, dan treedt die beslissing in werking op 1 januari van het jaar X+1, behalve voor de evaluatie van de nitraatresiducampagne. Bij de evaluatie van het nitraatresidu, wordt al in de campagne X afgetoetst met de drempelwaarden van niet zware klei en volgen er eventueel al maatregelen in het jaar X+1. Als de Mestbank de landbouwer pas na 31 augustus op de hoogte brengt, dan schuiven de datums van inwerkingtreding met 1 jaar op.
Contactpersonen
VLM Regio West
Velodroomstraat 28,8200 Brugge
Contactpersoon: Johnny Vanspranghe
E-mail: johnny.vanspranghe@vlm.be
Tel. 050 45 81 62
VLM Regio Oost
Cardijnlaan 1, 2200 Herentals
Contactpersoon: Els Daemen
E-mail: els.daemen@vlm.be
Tel. 014 25 83 04